Laatst begeleidde ik het management team van een grote organisatie.
Een groep afdelingshoofden, ieder verantwoordelijk voor een eigen domein, en sinds kort samen verantwoordelijk voor de grote organisatievraagstukken.
Iedereen zat er met toewijding.
Er was ambitie, betrokkenheid en wilskracht.
En toch liep het stroef.
Wat ik zag, herken ik uit veel organisaties:
Niet de inhoud is het probleem.
Niet de intentie.
Maar de onderstroom. De mist.
Vaak is het niet duidelijk waarvoor een MT er eigenlijk is.
Zijn we adviserend, of nemen we besluiten?
Welke onderwerpen horen hier thuis en welke niet?
Wat verwachten we van elkaar?
Wat gaat voor: het belang van mijn afdeling of het belang van het geheel?
Die onduidelijkheid is zelden het gevolg van onwil.
Het is vaak een uiting van iets dat dieper zit.
Een van de grootste blokkades in organisaties vandaag de dag is de angst om duidelijk te zijn.
Duidelijkheid dwingt tot keuzes.
En keuzes betekenen ook: iets níét doen, iemand teleurstellen, positie innemen.
Dus blijven we liever in het midden. Vaag.
We duiken snel de inhoud in, stellen nog wat vragen, voegen iets toe aan de agenda.
En dat lijkt veilig.
Maar ondertussen blijft de verwarring groeien.
En met die verwarring: weerstand, vertraging, gedoe.
Ik zie het keer op keer: het zit in het tapijt van veel organisaties.
En dat heeft een prijs.
Als je als organisatie wilt dat een MT of directieteam echt gaat functioneren, begin dan niet bij de inhoud, maar bij het fundament.
- Waartoe zijn we er als team?
- Wat is onze rol in het grotere geheel?
- Wie hoort er wel bij en wie niet?
- Welke thema’s pakken wij op en welke laten we juist liggen?
- Wat verwachten we van elkaar?
- En durven we het organisatiebelang voorop te zetten, ook ten koste van het eigen domein?
Op al die vragen moet een eerlijk antwoord komen.
Een voorwaarde voor energie, eigenaarschap en beweging.
Zolang die basis mist, blijft het rommelen.
Zelfs met de beste mensen aan tafel.