‘Hoe blijven we elkaar vinden in roerige politieke tijden?’
Die vraag kreeg ik van journalist Frank Boer toen hij mij interviewde voor de podcast ‘Verstand van Vandaag’ van ANP Business.
Het onderwerp waar we over spraken: polarisatie op de werkvloer.
Want ‘wij-versus-zij’ denken is niet alleen een maatschappelijk fenomeen, het speelt ook binnen organisaties.
Zeker nu, rond de verkiezingen.
Polarisatie kruipt vergaderingen in, teamgesprekken, koffiemomenten.
Mensen botsen met elkaar, of trekken zich terug om spanning te vermijden.
Daar moeten leiders iets mee, is mijn pleidooi.
Want wat er te vaak gebeurt, is dat leidinggevenden het bagatalliseren of met een grap de spanning uit de lucht proberen te halen.
Ik herken dat zelf ook.
Humor is voor mij vaak een manier geweest om spanning te verzachten, om de verbinding te behouden.
Met een grap lijkt de angel eruit.
Maar hoe onschuldig het ook lijkt, daarmee geef je onbedoeld het signaal: jouw mening doet er niet toe.
Terwijl het juist een basisbehoefte van ieder mens is om gezien en gehoord te worden.
Wat je als leider bespreekbaar maakt, of juist niet, bepaalt hoe veilig anderen zich voelen om datzelfde te doen.
In tijden van maatschappelijke spanning zoeken mensen naar oriëntatie.
Jouw rol als leider is niet alles gladstrijken, maar juist het baken zijn.
Je kunt bijvoorbeeld zeggen:
“Dit debat raakt ook aan onze organisatie. Ik vind het belangrijk dat we daar op een respectvolle manier over kunnen praten. We hoeven het niet eens te zijn, maar we moeten elkaar wel blijven respecteren.”
Zo voorkom je dat verschillen diepe kloven worden.
Verbinding ontstaat niet door meningsverschillen te vermijden, maar door ze te dragen.